ArtisC. maakt kunst toegankelijk voor iedereen. Verbindt musea, kunstenaars, kunstliefhebbers en media.

Charlotte Fijen

Independent art historian

06 23 59 96 83
charlotte@artisc.nl

Carmen Schadbracq, Self portrait smoking Vincent’s pipe, 2020, acrylic on canvas, 70×50 cm, foto: Carmen Schadbracq

De schilder als outsider – hoe kijken kunstenaars naar Van Gogh?

Van Gogh AiR jubileert. Het populaire residency programma in het Van Gogh Huis in Zundert bestaat tien jaar en viert dat met twee tentoonstellingen. In Zundert exposeert Van Gogh-adept Rainer Fetting, die in de jaren zeventig en tachtig naam maakte als 'Neue Wilde'. In Stedelijk Museum Breda is een overzicht te zien van werk van tientallen kunstenaars dat afgelopen jaren in het gastatelier is gemaakt.

Door Domeniek Ruyters en Charlotte Fijen

Een wereldster in Zundert

Door Domeniek Ruyters

 

 

De tocht naar Zundert heeft iets van een bedevaart, als je die op de fiets doet vanuit Breda. Je daalt af naar een uithoek waar de nabijheid van België voelbaar is. Om je heen liggen velden van een landschap dat zich in een wereldvermaard oeuvre heeft vastgelegd, knollig en knoestig, zoals dat hoort bij het platteland in winterstand. Het Van GoghHuis (het geboortehuis van Vincent van Gogh) bevindt zich centraalgelegen in Zundert, aan het stadhuisplein, naast de pittoreske protestantse kerk (waar de vader van Vincent dominee was). In twee kleine daarnaast gelegen huisjes bevindt zich de residency met expositiezaal en een apart gesitueerd atelier. Op dit jubelmoment exposeert Stijn Kriele er abstract werk op papier dat geïnspireerd is op het winterslandschap.

In het Van GoghHuis zelf is een expositie van Rainer Fetting ingericht, de niet meer zo neue Neue Wilde, voormalig hemelbestormer en wereldster, die een totale Van Gogh-adept blijkt te zijn. Al als puber identificeerde hij zich met de kunstenaar en schilderde zichzelf in aandoenlijke zelfportretten, waarvan er een paar in Zundert hangen. Gedurende zijn inmiddels enkele decennia omspannende carrière keert hij regelmatig naar zijn grote inspiratie terug. Schilders houden van traditie en in het geval van Fetting wortelt die zich in het expressionisme van de late Van Gogh; die van Arles, niet die van Zundert.

Het Van GoghHuis is eigenlijk een heel conglomeraat aan panden, waarvan de kern gevormd wordt door de domineeswoning en het daarnaast gelegen buurhuis. De expositieruimtes zijn weliswaar klein en huiselijk van formaat, maar groot genoeg om meerdere schilderijen van Fetting te herbergen. Naast de schilderijen staan er enkele sculpturen en is er in de filmzaal een speciaal geproduceerde video te zien, waarin Fetting op poëtische wijze zijn identificatie met Van Gogh bezingt via een montage van oude filmbeelden. Ze doen een wat somber en eenzaam gemoed vermoeden, van een kunstenaar die zijn leven wijdt aan het schilderen. De meest iconische scène is die van de kunstenaar met cowboyhoed, waar op de voorflap allerlei kaarsjes branden om zijn duistere studio te belichten terwijl hij woest aan het schilderen is.

De scène komt terug in een schilderij die in de tentoonstelling hangt. Fettings versie van de door duisternis omhulde Van Gogh speelt zich af in de New Yorkse metro diep onder de grond, in een poging om de actuele betekenis van de kunstenaar voor een aanstormende jonge generatie van kunstenaars aan te geven.

Rainer Fetting, Selbst mit gelben Hut, 1984
Rainer Fetting, Selbst mit gelben Hut, 1984
Installatie rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022
Installatie rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022
Installatie rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022
Installatie rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022

De Neue Wilden waren goed in het creëren van een heroïsch kunstenaarschap dat in het geval van Fetting wat patroonachtige karakteristieken vertoont, althans op deze tentoonstelling. Te zien is de schilder als passant, in beweging, on the move, door krochten en stegen, niet zonder gevaar. Het is het beeld van transitie, van hier naar daar ergensheen, als maar op weg, waarbij de schilder uit de aard der zaak vooral bezig is het schilderen zelf verder te brengen, een nieuwe tijd tegemoet vanuit het duister naar het licht. Dat is, in die opvatting die Fetting in zijn werk graag verspreidt, een mythische taak die een zekere verantwoordelijkheid suggereert van de maker voor zijn werk en van de schilder voor de schildertraditie. Gemakkelijk is anders, zo althans het beeld ervan in Zundert.

In geval van Fetting zijn het schilderijen die zich sterk vormen naar één werk van Van Gogh: De schilder op weg naar Tarascon, een doek dat verloren is gegaan in de Tweede Wereldoorlog, maar een tweede leven heeft gekregen in een interpretatie van Francis Bacon. Net als bij de beroemde Brit is ook bij Fetting steeds weer een bewegende figuur te zien, een schim bijna, die zich verplaatst, veelal langs de Berlijnse Muur. Via die plaatsing bij de Muur wilde Fetting Van Gogh naar zijn eigen tijd halen, zijn eigen omgeving, laat in de jaren zeventig.

In de catalogus die bij de tentoonstelling in Zundert is verschenen verklaart hij hoezeer hij zich met de directheid en het ondogmatische van Van Gogh identificeerde. De eigengereide kunstenaar, die zich niet wilde voegen naar heersende opvattingen en opereerde tegen de verwachtingen in. De Muur staat daar voor dogmatiek, tot hier en niet verder, waarmee vanzelfsprekend gebroken dient te worden.

Fetting herkende in Van Gogh het outsiderschap dat hij destijds in de jaren zeventig ook sterk voelde omdat hij koos voor het schilderen op een moment dat dat door Beuys taboe werd verklaard. Opstaan als expressief schilder durfde bijna niemand, en zij die dat wel deden, deden dat vol zelfspot. Fetting verklaart in de catalogus dat hij niet anders kon. Hij voelde de noodzaak te schilderen als een sterk innerlijk ervaren behoefte.

Fettings bekentenis zal een gevoel van herkenning oproepen bij veel schilders van dit moment, die zich eveneens weggedrukt voelen naar de randen van het kunstspectrum, nu het dominante discours bepaald wordt door een kritischer en conceptueel gevoerde kunstpraktijk die meer steunt op reflectie dan op impulsen.

Fettings bekentenis zal een gevoel van herkenning geven aan veel schilders van dit moment, die zich eveneens weggedrukt voelen naar de randen van het kunstspectrum
Installatie Rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022
Installatie Rainer Fetting, Van GoghHuis, Zundert, 2022

Het is een hele prestatie dat het toch vrij kleine Van GoghHuis al die enorme van Gogh-werken van Fetting heeft weten binnen te halen, waaronder overigens ook een mooie gouache van een gifgroene Van Gogh, die ter introductie in de hal van de tentoonstelling hangt (zie rechts in het beeld boven deze tekst).

Het markante beeld van de magere tronie waar iedereen de getourmenteerde kunstenaar in herkent komt even verderop terug in een imposant schilderij, dat zich op de presentatie manifesteert als sluitstuk, en waarin datzelfde hoofd veel donkerder wordt weergegeven, op het zwarte af (je kunt raden waarom). Een rode vuist met kaars in actiehouding houdt het licht van de schilderkunst hoog, in een gebaar van strijdbaarheid, tegen de keer.

Ik kan niet nalaten in het toch wat ongemakkelijke beeld van de zwarte held het motto van deze presentatie te zien: voorwaarts, schildervrienden, en avant! Ook al is het tegen de klippen op.

De lange schaduw van Vincent

Door Charlotte Fijen

 

 

De tentoonstelling in Breda is thematisch opgebouwd: onderwerpen waar Van Gogh veelvuldig mee bezig was of vaak mee wordt geassocieerd vormen de leidraad. Zo wandel je langs werken die zijn typische kleurgebruik centraal stellen, werken die zijn befaamde (zelf)portretten spiegelen en werken die zijn liefde voor de natuur delen – er zijn veel zonnebloemen te zien. Het grootste deel van de tentoonstelling bestaat uit schilderijen: veel kunstenaars kiezen ervoor Van Goghs voornaamste medium als vertrekpunt te nemen om zo zijn kenmerkende schildertechniek te onderzoeken. Daarnaast zijn er in elke zaal ook foto’s en video’s, beeldhouwkunst en installaties te zien, wat zorgt voor een kleurrijk en veelvormig geheel.

Er wordt nadrukkelijk verbinding gezocht met leven en werk van van Gogh zelf. Bij elk thema is een korte zaaltekst geschreven en kun je via de audiotour luisteren naar een fragment uit een van Van Goghs brieven, ingesproken door een spoken word kunstenaar. De brieven vormden een bron van inspiratie voor veel van de deelnemende kunstenaars. Logisch eigenlijk, want hoe dichterbij Van Gogh te komen dan via zijn brieven? Ze beschrijven wat hij dacht, wat hij deed, waar hij sliep en zelfs met welk schilderij hij op het moment van schrijven bezig was – wisten we niet beter, dan zouden we denken dat het leven van de kunstenaar geen geheimen meer voor ons heeft.

Zonnebloemen en (zelf)portretten, de twee meest terugkerende onderwerpen in het werk van Van Gogh, voeren duidelijk de boventoon. Zo staat de teller van werken met de titel ‘Zonnebloemen’ op vier
Links: Stefan Peters, zonder titel (2019); Rechts: Eva Krause, Corso, (2020). Beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Links: Stefan Peters, zonder titel (2019); Rechts: Eva Krause, Corso, (2020). Beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Links: Stefan Peters, zonder titel (2019); Rechts: Eva Krause, Corso, (2020). Beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Links: Stefan Peters, zonder titel (2019); Rechts: Eva Krause, Corso, (2020). Beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Zaaloverzicht 'Vanwege Vincent' in Stedelijk Museum Breda. Foto: John Tromp van Studio Tromp Art Photography
Zaaloverzicht 'Vanwege Vincent' in Stedelijk Museum Breda. Foto: John Tromp van Studio Tromp Art Photography

Elke kunstenaar die werk toont in Vanwege Vincent is in de afgelopen tien jaar artist in residence geweest in het Vincent van GoghHuis in Zundert. Aldaar krijgen, veelal Nederlandse, kunstenaars de kans zich gedurende een of twee maanden te verdiepen in het leven en het werk van Van Gogh op de plek waar hij geboren en getogen is. Omgaan met het erfgoed van een kunstenaar die sinds zijn dood uitgegroeid is tot een van de supersterren van de kunstgeschiedenis is geen gemakkelijke opgave; de residentie in Zundert biedt deelnemers de gelegenheid om zich korte tijd intensief met het werk van Van Gogh te vervlechten, om zich er bij vertrek weer los van te kunnen maken.

Écht losmaken blijkt in Breda lastig. Veel van de tentoongestelde werken blijven zich op een vrij basaal niveau tot het werk van Vincent verhouden. Zonnebloemen en (zelf)portretten, de twee meest terugkerende onderwerpen in het werk van Van Gogh, voeren duidelijk de boventoon. Zo staat de teller van werken met de titel ‘Zonnebloemen’ op vier; de bijdragen van Erik Andriesse (1984), Marc Mulders (2013), Karin Borghouts (2018) en Matijs van de Kerkhof (2021) tonen zich alle trouw aan dit traditionele, en inmiddels veelal gecommercialiseerde, Van Goghthema.

Daarnaast vormen veel schilderijen herinterpretaties van Van Gogh; het lijken soms bijna kopieën van het origineel, maar dan uitgevoerd in een techniek die beter past bij de betreffende kunstenaar. Stijn Peters zet Van Goghs portret van postbode Joseph Roulin bijvoorbeeld om in een ets, terwijl Vik Muniz het bekende schilderij van een paar versleten schoenen samen met de corsobouwers uit Zundert namaakt als bloementableau. Soms leveren de hedendaagse vertalingen geestige dialogen op met de werken van Van Gogh: Lotte van Lieshout exposeert twee schilderijen, een vrijwel identieke kopie van Van Goghs La Berceuse, een portret van Madame Roulin, en een tweede versie van dit werk waarin mevrouw Roulin is getransformeerd tot neuspeuteraar.

Links: Lotte van Lieshout, 'La Berceuse' (2019); Rechts: Heringa/Van Kalsbeek, zonder titel (2013), beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Links: Lotte van Lieshout, 'La Berceuse' (2019); Rechts: Heringa/Van Kalsbeek, zonder titel (2013), beide te zien in 'Vanwege Vincent'
Zaaloverzicht 'Vanwege Vincent' in Stedelijk Museum Breda. Foto: John Tromp van Studio Tromp Art Photography
Zaaloverzicht 'Vanwege Vincent' in Stedelijk Museum Breda. Foto: John Tromp van Studio Tromp Art Photography

De werken die mij het meest interesseren staan wat minder direct in verband met het werk van Van Gogh. Loek Grootjans presenteert bijvoorbeeld een sculptuur die bestaat uit glazen weckpotten met vruchten en groenten. Als een soort detective is Grootjans op zoek gegaan naar door Van Gogh achtergelaten sporen. Een van de plekken waar hij onderzoek deed was de moestuin van het Vincent van GoghHuis; daar verrichtte Grootjans archeologisch onderzoek en conserveerde hij zonnebloemen, groenten en vruchten. Een serie overzichtelijk gelabelde weckpotten met de titel Storage for Distorted Matter; from Vincent’s Asylum – Harvest from Vincent’s Kitchen Garden (2013) is het resultaat.

Een ander werk waarin de brieven van Van Gogh op verrassende wijze samenkomen met de omgeving van Zundert is Herbarium van een nachtwandeling van Anne Geene. Van Gogh liep in de nacht van 7 op 8 april 1877 van Oudenbosch naar Zundert en beschreef zijn wandeling in een brief aan zijn broer Theo. Op basis van de beschrijving van de kunstenaar liep Anne Geene in 2014 dezelfde wandeling. Onderweg plukte ze planten die ze later verwerkte tot een herbarium. Het uiteindelijke werk bestaat uit een negental ingelijste bladeren of bloemen die door Geene zijn voorzien van een zinsnede met een gedachte die ze had tijdens het plukken. Bij het bramenblad dat ze plukte op 8 april 2014 staat: “Mijn ogen zijn aan het donker gewend en het bospad heeft alle kleuren zwart en blauw. Aan beide kanten groeien braamstruiken. Een braamtak scheurt mijn panty. Ik pluk het blad.”

Met werken als die van Grootjans en Geene laat de tentoonstelling Vanwege Vincent zich van haar beste kant zien. Daar snijdt het mes immers aan twee kanten: het toont zowel de blijvende relevantie van Van Goghs werk als de creativiteit waarmee hedendaagse kunstenaars uit die imposante schaduw weten te stappen.

Dit artikel is gepubliceerd op 30 maart 2022 op de website van Metropolis M: De schilder als een outsider - hoe kijken kunstenaars naar Van Gogh?